Hitler luisterde stiekem naar Joodse muziek

Hij propageerde ‘raszuivere’ Arische muziek, vond Russen Untermenschen en ontkende dat er een joodse cultuur bestond, maar privé luisterde Adolf Hitler naar muziek van Russische en zelfs joodse componisten.

Zo’n honderd 78 toerenplaten uit de persoonlijke collectie van de ‘Führer’ zijn teruggevonden in het huis van de Russische historicus en voormalig geheim agent Lew Besimenski en overgemaakt aan het Duitse blad Der Spiegel.

Besimenski overleed dit jaar op 86-jarige leeftijd. In 1945 was hij kapitein en tolk in het Rode Leger. Na de val van Berlijn kreeg hij de opdracht de bunker van Hitler onder de Rijkskanselarij te doorzoeken. Daar vond hij dozen met platen. Alle droegen het opschrift Führerhauptquartier.

Vermoedelijk was het de bedoeling ze over te brengen naar Hitlers villa op de Obersalzberg in Berchtesgaden. Naast voorspelbare favorieten als Wagner, Beethoven en Bruckner bleek Hitler te luisteren naar Russische componisten als Peter Tsjaikovski (die bovendien homo was), Aleksandr Boronin en Sergej Rachmaninoff.

Nog verrassender is dat hij opnamen bezat van de Pools-joodse violist Bronislaw Huberman, die door de nazi’s tot ‘vijand van het Derde Rijk’ werd uitgeroepen, en van de Oostenrijks- joodse pianist Arthur Schnabel, wiens moeder door de nazi’s werd gedood. Besimenski had altijd verzwegen dat hij de platen had meegenomen om niet beschuldigd te worden van plundering.

DE VIJF FAVORIETEN VAN DE ‘FÜHRER’

1. Beethoven: Pianosonates, opus 78 en 90
2. Wagner: Ouverture van ‘De Vliegende Hollander’ door het orkest van Bayreuth
3. Russische aria’s, onder meer van Moessorgski, gezongen door Fjodor Sjaliapin
4. Tsjaikovski:Vioolconcerto,door het orkest van de Berlijnse staatsopera
5. Mozart: Pianosonate nr.8 door Artur Schnabel